Kenny Herscovici is amper 26 jaar oud, maar weet nu al dat hij voor een professionele trainerscarrière in het tennis wil gaan. Op dit moment geeft hij als gediplomeerd Trainer B les op de CAS Tennis Academy van Philippe Cassiers, wat hij combineert met een bacheloropleiding Toegepaste Informatica. “Ik ben iemand die doelen nodig heeft”, vertelt hij in een aangename babbel met Tennisplaza.

Voor zijn trainersdroom had Herscovici andere ambities: top worden als speler. En hij had er ook het potentieel voor. Op zijn 23e had hij een B-15/2-klassement (100 punten), maar ongeveer twee jaar geleden besloot het voormalig nummer 175 van België de knop om te draaien en volop voor het trainerschap te gaan.

Carrièreswitch

“Op een bepaald moment moet je een realistisch leven opbouwen en wanneer je veel speelt, kost dat ook veel geld. Ik stelde me de vraag wat ik nog kon behalen als tennisser. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat voor mij toen het moment was aangebroken om te stoppen als speler.”

Hoe heb je de overgang van speler naar trainer ervaren?

“Dubbel. Wanneer je beslist om trainer te worden, kan je geen speler meer zijn. Gelukkig kreeg ik heel veel steun van Philippe Cassiers, die mij zowel als speler én als trainer hielp en nog steeds helpt ontwikkelen. Mede dankzij hem is die transitie vrij vlot verlopen.”

Wat was jouw mooiste moment als tennisspeler?

“Toen ik voor het eerst werd toegelaten tot een ITF-toernooi, iets wat ik nooit zal vergeten! Ik had me ingeschreven voor een toernooi in Italië, maar had nooit gedacht dat ik effectief ging kunnen deelnemen omdat het om een 25 000 dollar-toernooi ging. Ik ben toen samen met Philippe naar Sardinië afgereisd en heb daar verschillende toppers zoals Stefanos Tsitsipas (ATP-4), Bianca Andreescu (WTA-5) en Dayana Yastremska (WTA-44) ontmoet. Die spelers zie je nu op tv, dat was voor mij gewoon geweldig!”

(lees verder onder de foto)

Welke zaken heb je als trainer meegenomen uit je spelerscarrière?

“Als speler was ik altijd heel gedreven en gemotiveerd. Ik trainde heel graag, in totaal om en bij de 30 à 35 uur per week. Niet alleen tennis, maar ook mijn fysiek. Ik denk dat het kweken van zo’n mentaliteit een enorm voordeel is in het dagelijkse leven en dus probeer ik dat door te geven aan mijn spelers nu. Wanneer het zwaar is, kan je opgeven, maar je kan ook blijven gaan. Dat is volgens mij trouwens wat het verschil maakt tussen een topper en een subtopper. Degene die het meeste wil en langste volhoudt, komt het verst.”

Maar je moet er toch ook plezier aan kunnen beleven?

“Klopt. Het principe van Enjoy the process is enorm belangrijk, want groeien als tennisser is een langdurig proces waarbij het soms moeilijk kan zijn om je spelplezier te behouden. Daar probeer ik mijn spelers ook in bij te staan. Druk leggen, moet je als trainer niet doen. Het is de keuze van de speler of hij of zij wil tennissen. Mijn taak is om hem of haar daar zo goed als mogelijk in te begeleiden zonder het fun-aspect uit het oog te verliezen.”

Coach K

Aangezien je het als speler wou maken, was trainer worden aanvankelijk niet de ambitie?

“Toen ik op mijn 16e mijn eerste tennislesje gaf, had ik verre van die ambitie, want inderdaad, mijn focus lag volledig op mezelf als speler. Al vond ik het wel al leuk om mijn visie en ervaringen te delen met iemand anders.”

Wat is voor jou het mooiste aan trainer zijn?

“Spelers zien evolueren. Bij een eerste kennismaking merk je meteen wat de sterke en minder sterke punten zijn van iemand. Wanneer je spelers vooruitgang ziet boeken én je ziet hen goede resultaten behalen op toernooien, geeft dat veel voldoening. Als trainer help je mee aan die evolutie, maar je bent veel meer dan enkel een tennistrainer. Je bent ook een mental coach, voedingsspecialist, conditietrainer… Je verzorgt het totaalpakket en dat vind ik heel leuk.”

Wat maakt volgens jou een goede trainer?

“Een goede trainer kan een vertrouwensband opbouwen met zijn speler en pusht hem op training tot het uiterste, maar iemand tot iets dwingen, doet hij nooit. Een trainer legt geen druk op de schouders van zijn spelers. Een speler moet het gevoel hebben dat zijn trainer er altijd voor hem is. Onafhankelijk van winst of verlies. Als trainer moet je ervoor zorgen dat een speler zich goed voelt in zijn vel. Daar kruipt veel tijd in, maar het is het wel dubbel en dik waard.”

(lees verder onder de Instagrampost)

Wat was tot dusver jouw mooiste moment als tennistrainer?

“Ik weet niet of ik zo’n moment heb, omdat ik heel veel spelers heb die allemaal verschillend zijn en waar ik allemaal meerdere mooie momenten mee heb beleefd. Voor mij is het onmogelijk om daar één mooiste moment uit te kiezen. Het totaalpakket dat ik als trainer kan bieden, is mijn mooiste moment an sich.”

Het is momenteel niet alleen je passie, maar ook je belangrijkste bron van inkomsten. Kan je leven van het trainerschap?

“Ik denk het wel, je moet gewoon genoeg uren geven natuurlijk. (lacht) Eerlijk? Ik denk dat je als voltijds trainer wel een goed leven kan hebben. Het is nu mijn job en ik heb voorlopig ook geen andere plannen voor de toekomst, zélfs niet mocht ik mijn diploma Toegepaste Informatica halen.”

Studies

Is de combinatie van je studies Toegepaste Informatica met je trainerscarrière niet zwaar?

“Dat valt eigenlijk goed mee omdat de meeste spelers die ik train nog naar school gaan. Meestal heb ik daarom in de voormiddag nog wat vrije tijd en daarom heb ik besloten om voor een diploma te gaan. Ik ben iemand die doelen nodig heeft. Als tennistrainer wil ik ook all the way gaan en zoveel mogelijk bijleren om mijn spelers zo goed mogelijk te begeleiden en tijdens mijn voormiddagen miste ik soms een doel. Daarom volg ik nu Toegepaste Informatie, iets wat mij ook echt interesseert. Momenteel zit ik in mijn tweede jaar.”

Waarom Toegepaste Informatica?

“Allereerst interesseert die sector mij en daarnaast zegt iedereen altijd dat informatica dé toekomst is. Mijn trainerschap heeft echter wel nog altijd prioriteit.”

Internationaal

Wat zijn jouw grootste ambities als trainer?

“Net zoals tijdens mijn spelerscarrière ben ik ook brandend ambitieus als trainer en ga ik voor het hoogst haalbare. Mijn ambitie kent geen grenzen en nu ik trainer ben, wil ik die passie en ambitie doorgeven aan spelers met dezelfde drive.”

Zou je graag de wereld rondreizen met een speler?

“Ja, heel erg graag! Als trainer wil ik mijn spelers zo goed mogelijk begeleiden en als dat betekent dat ik daarvoor mee moet gaan op internationale toernooien, dan doe ik dat met veel plezier.”

(lees verder onder de Instagrampost)

Welke speler of speelster op het profcircuit zou je graag coachen en waarom?

“Ik denk dat het als trainer een ongelofelijke ervaring zou zijn, mocht ik eens op de baan kunnen staan met Roger Federer (ATP-9), Rafael Nadal (ATP-3), Novak Djokovic (ATP-1) of Andy Murray (ATP-102). Ik kies voor hen omdat het als trainer een enorme uitdaging zou zijn om hen NOG beter te maken. Het zou me enorm motiveren om op zoek te gaan naar manieren om daarin te slagen.”

Wat vind je van Germain Gigounon en Arthur De Greef die recent en meteen na hun eigen spelerscarrière Belgische toppers gaan trainen?

“Ik geloof oprecht dat ze met hun ervaring best wel wat kunnen bijbrengen. Ervaringen uit je eigen carrière als speler zijn een enorm voordeel. Je kan zo bijvoorbeeld voorkomen dat jouw spelers dezelfde fouten maken als jij deed toen je zelf speelde. Gigounon en co kunnen dus echt wel een meerwaarde betekenen voor hun spelers.

Tot slot: je sprak in het begin vol lof over je mentor Cassiers. Welke rol speelt zijn CAS Tennis Academy in jouw ontwikkeling als trainer?

“Een hele grote rol. Op mijn 18e heb ik Cassiers voor het eerst ontmoet. Hij heeft mij toen een tijdje getraind en ik heb enorm veel aan hem te danken. Als speler heeft hij mij altijd fantastisch begeleid. Hij zette mij ook aan om tijdens mijn spelerscarrière al voor mijn trainersdiploma’s te gaan en daar pluk ik dus nu de vruchten van. Momenteel steunt hij mij nog steeds op weg naar mijn diploma van Trainer A, het hoogst haalbare als trainer. Ik ben nu bezig aan module 1, een algemeen gedeelte over sport, waarover ik in augustus mijn eerste examen heb. De overige drie modules volgen in oktober en handelen – in mijn geval – specifiek over tennis. Ik ga er alleszins vol voor… Uiteraard!” (lacht)