Home » Xtra » Interview » Sander Gillé en Joran Vliegen – deel 2: “Het is moeilijk om een ultiem doel voorop te stellen”

Sander Gillé en Joran Vliegen – deel 2: “Het is moeilijk om een ultiem doel voorop te stellen”

Sander Gillé en Joran Vliegen – deel 2: “Het is moeilijk om een ultiem doel voorop te stellen”

Share on facebook
Share on twitter
Share on whatsapp
Share on linkedin
Share on email
Share on facebook
Facebook
Share on twitter
Twitter
Share on whatsapp
WhatsApp
Share on linkedin
LinkedIn
Share on email
Email

Sander Gillé (ATP D-85) en Joran Vliegen (ATP D-98) gelden al een tijdje als de beste Belgische dubbelspelers. Hun opmars en recente doorbraak in de top 100 van de wereld zijn in tenniskringen niet onopgemerkt voorbij gegaan en dus vond Tennisplaza het hoog tijd voor een uitgebreide babbel met de twee onvolprezen dubbelaars. Vandaag: deel twee.

Dubbelspelers hebben vaak een lange carrière. In de top 10 van de wereld zijn bijvoorbeeld zeven spelers ouder dan 30 (gemiddeld zelfs 32,6, nvdr.). Beïnvloedt dat tijdsperspectief jullie aanpak? (Vliegen is 24, Gillé 27, nvdr.)
Joran: “Daar ben ik niet mee bezig. Leeftijden interesseren mij niet en ik denk dat ik ook voor Sander spreek als ik zeg dat wij vooral naar onszelf en ons eigen spel kijken. Trouwens: Mate Pavic (ATP D-5) is pas 24 en won al een Grand Slam.”
Sander: “Het is ergens wel leuk om weten dat er veel marge is en dat niets nu meteen hoeft. Zeker nadat ik terugkwam van college uit de Verenigde Staten kreeg ik vaak de vraag of ik niet te oud was om professioneel tennis te spelen. Joran kreeg vast diezelfde vraag, maar anderen bewijzen het: we hebben nog de tijd om een mooie carrière uit te bouwen.”

 

 

Wie is jullie grote voorbeeld op de courts?
Joran: “Roger Federer (ATP-1), om de reden waarom iedereen fan is van hem. Maar over het algemeen ben ik fan van goed tennis. Of dat nu van Federer of Sander Gillé komt, tennis is tennis.” (lacht)
Sander: “Ik sluit me aan bij Joran. Als kleine jongen ben je sowieso altijd fan van een topper, die zie je spelen op tv en logischerwijs kijk je dan naar hen op.”

Versus de Bryans

Vorig jaar mochten jullie het opnemen tegen een koppel toppers: de Bryan brothers. Was dat intimiderend voor jullie?
Sander: Er gingen toen verschillende gevoelens door ons heen: het was de eerste keer dat we een ATP-toernooi speelden en dan meteen tegen het beste team uit de dubbelgeschiedenis. Daarbovenop was het voor eigen publiek. Het was alleszins één van de mooiste momenten uit onze carrière.”
Joran: “Vooraf dachten we heel veel na over wat komen zou, maar eenmaal we aan de wedstrijd begonnen, werd duidelijk dat het niveau tussen ons niet zo veel verschilde. Wanneer je speelt moet je het gevoel hebben erbij te horen. We hoorden daar te staan. Als je jezelf geïntimideerd voelt, heeft het niet veel zin.”
Sander: “Je moet spelen met de intentie van elke andere wedstrijd, dan valt de spanning weg.”

Sander Gille & Joran Vliegen en Bob & Mike Bryan - © Vincent Van Doornick (Imagellan)
Sander Gille & Joran Vliegen en Bob & Mike Bryan – © Vincent Van Doornick (Imagellan)

Wat is jullie ultieme doel?
Joran: “Ik heb niet echt een ultiem doel, eerder een droom, eigenlijk. Ik zal tevreden zijn wanneer ik voel dat ik mijn plafond heb bereikt. Wanneer ik op het punt kom waarop ik kan zeggen: “Dit is waarschijnlijk het hoogst haalbare”. Ik wil kunnen zeggen dat ik alles uit mijn carrière heb gehaald. Of ik dan de top 20 heb bereikt of de top 70, dat maakt me niet uit.”
Sander: “Het is moeilijk om een ultiem doel voorop te stellen. Het is niet zo dat je carrière mislukt is wanneer je een bepaald doel niet haalt. Wel zou ik op een dag graag deelnemen aan grote toernooien zoals Grand Slams of Indian Wells. En uiteraard is ook de Davis Cup een droom van ons.”

Wat vinden jullie van de supertiebreak in het dubbelspel?
Sander: “We hebben nooit anders geweten. Vanaf onze start in het profcircuit hebben we met de geen-voordeel-regel en supertiebreak te maken gekregen. Hoe vaker we supertiebreaks spelen, hoe groter de winstkans is omdat je de situatie gewoon bent en durft te spelen. Zo kan je beter met de druk omgaan. Het is natuurlijk vervelend als je jezelf verliest in een supertiebreak. Je kan soms de betere ploeg zijn en alsnog verliezen, maar dat is iets waarmee je leert omgaan.”
Joran: “Het is vrij moeilijk om te trainen op supertiebreaks omdat je dergelijke situaties op training niet kunt nabootsen. Wel doen we meer en meer dubbeloefeningen omdat we geen enkel meer spelen.”

Wat staat er de komende weken voor jullie op de planning?
Joran: “We vertrekken binnenkort voor een trip naar Centraal-Amerika. Zo spelen we toernooien in Guadeloupe, Panama en Mexico. Niet slecht, toch? Het is eens iets anders dan touren in Europa.” (lacht)

[alert type=”info” title=”Deel 1″]Herlees het eerste deel van ons interview met Gillé en Vliegen hier.[/alert]

koen

koen

Meer nieuws