Home » Xtra » Zanevska: “Dankzij tennis hoef ik niet meer op straat te leven”

Zanevska: “Dankzij tennis hoef ik niet meer op straat te leven”

Zanevska: “Dankzij tennis hoef ik niet meer op straat te leven”

Share on facebook
Share on twitter
Share on whatsapp
Share on linkedin
Share on email
Share on facebook
Facebook
Share on twitter
Twitter
Share on whatsapp
WhatsApp
Share on linkedin
LinkedIn
Share on email
Email

Maryna Zanevska (WTA-125) was afgelopen week hot news toen ze aan Tennisplaza België vertelde op zoek te zijn naar een nieuwe trainingsomgeving. Wij vonden dit een uitgelezen kans om de 24-jarige Belgische met Oekraïense roots wat steviger aan de tand te voelen en hadden, tussen twee trainingen door, een uitgebreide babbel met haar.

In 2013 klopte je aan de poort van de top 100, enkele weken geleden stond je daar opnieuw. Wat heb je nodig om dat tikkeltje meer te bereiken?
“Ik ben er erg dichtbij, maar tegelijk sta ik er mijlenver vanaf. Top 100 is al jaren, samen met het behalen van de hoofdtabel op de Grand Slams, mijn doel. Een tijdje geleden heb ik echter geleerd dat het niet goed is om daarop mijn focus te leggen. Dat getal 100 vrat aan mij en had een negatieve invloed op mijn spel. Uiteindelijk is het niet belangrijk of ik 105 of 85 sta. De nadruk moet liggen op mijn spel en de kunst is om een solide niveau te halen dat ik kan aanhouden.”

Mag je dan geen ambitie hebben?
“Tuurlijk wel! Wat de mijne is? Dat is een interessante vraag. Toen ik 14 jaar was, wou ik een Grand Slam winnen en nummer 1 van de wereld worden. Jaar na jaar zwakken mijn ambities echter af. Hoe ouder ik word, hoe meer ik mij realiseer hoe moeilijk het is en dat er heel wat meer bij tennis komt kijken dan enkel hard werken.”

Hoezo?
“Alle sterren moeten als het ware juist staan. Ik ben nog altijd een dromer, maar tegelijk erg realistisch. De eerste stap is om een degelijk niveau te behalen en te kunnen aanhouden, daarna mag de top 100 komen en kan ik nieuwe doelen stellen. Uiteraard hoop ik bovenal gezond te blijven.”

Maryna Zanevska - © Christophe Moons (Fotoplaza)
Maryna Zanevska – © Christophe Moons (Fotoplaza)

Van Oekraïne over België

Momenteel vertoef je in Slovakije om van daaruit een nieuwe uitvalsbasis voor je carrière te zoeken, maar lange tijd verbleef en trainde je in België. Als Oekraïense moet de trip naar ons land op tennisvlak een enorme stap voorwaarts zijn geweest?
“In Oekraïne behoorde ik tot de absolute top bij de jeugd, maar op mijn 13e vonden mijn ouders dat ik naar het buitenland moest trekken omdat er thuis maar weinig toekomst in het tennis voor mij weggelegd was. Ik heb toen eerst acht maanden in Duitsland gezeten waarna ik voor een even lange periode in de States heb getraind. Samen met mijn toenmalige begeleiding was ik op zoek naar een vaste uitvalsbasis en toen is België uit de bus gekomen.”

Wie hielp je op die leeftijd bij het reizen?
“Hoe hard mijn ouders mij ook steunden, financieel konden ze mij niet helpen. Gelukkig had ik een sponsor die mij bijstond tot ik 18 was. Toen stelde hij mij een nieuw contact voor, eentje dat in geen enkel opzicht leek op onze samenwerking van daarvoor. Ik ontdekte dat de man in kwestie erg gevaarlijk was. Hij wou bij wijze van spreke dat ik enkel nog tenniste om hem rijk te maken. Ik besloot om het contract af te wijzen met het risico dat ik terug naar Oekraïne moest en mijn tennisdroom moest opbergen.”

 

 

Desondanks sta je er nog steeds?
“Ik heb toen het geluk gehad de juiste mensen op het juiste moment te leren kennen. Mijn voormalige coach Philippe Dehaes bijvoorbeeld. Hij hielp mij op zoek gaan naar een nieuwe sponsor. Op het thuisfront verkochten mijn ouders op hun beurt alles wat hen lief was om mij financieel te kunnen bijstaan, tot zelfs hun auto toe. Plots had ik 10 000 euro en kon ik opnieuw enkele maanden reizen.”

Toen was je gelanceerd?
“Ik won een heleboel toernooien na elkaar. De druk was énorm want ik speelde voor mijn droom. Toen ik enkele weken later de Belg Carl Mestdagh ontmoette, veranderde dat mijn leven helemaal. Het belangrijkste was dat hij in mij geloofde. Hij deed me kennis maken met zijn project Hopiness en ik was meteen overtuigd. Dankzij hem sta ik er vandaag de dag nog.”

En ben je nu ook Belgische…
“Dat was aanvankelijk zeker niet het doel, maar is als vanzelf gekomen. Oekraïne riep me enkele jaren geleden op om Fed Cup te spelen, maar mijn hoofd zei me toen dat ik niet voor hen, maar voor België wou uitkomen. Ik vertelde dat aan mijn entourage (Dehaes en Hopiness, nvdr.) en toen zijn we met z’n allen werk gaan maken van mijn Belgische identiteit. Het proces was in gang gezet.”

Ging dat vlot?
“Allesbehalve. Er zijn heel wat moeilijkheden geweest en het heeft mij drie jaar gekost om Belgische te worden. Opnieuw was ik erg gelukkig dat ik omringd werd door de juiste mensen: Carl, Philippe, Cindy (Vincent, directeur van Hopiness, nvdr.) en een heleboel advocaten.”

 

 

Voel je je ook Belgische?
“Eerlijk? Nee, maar ik ben wel erg dankbaar voor mijn Belgische nationaliteit. Deze opent heel wat deuren voor mij. Als dank wil ik topresultaten behalen voor België.”

Fed Cup

Dan heb je geluk dat Dominique Monami je opbelde om Fed Cup voor ons land te spelen?
“Toen Dominique me vroeg, barstte ik bijna in tranen uit. Mogen spelen voor België gaf mij kippenvel. Ik vind het een hele eer en het klikt ook erg goed met de andere speelsters. Ik heb meer en beter contact met de Belgen dan met mijn Oekraïense collega’s.”

Belgische Fed Cup-ploeg - © Walter Saenen (Tennis Vlaanderen)
Belgische Fed Cup-ploeg – © Walter Saenen (Tennis Vlaanderen)

Welke taal spreken jullie onderling?
“Met Dominique (Monami, nvdr.) spreek ik Frans, maar tijdens teammeetings gebeurt alles in het Engels. Vreemd, he.” (lacht)

Ga je Nederlands leren?
“Ik moet eerst mijn Frans nog wat bijschaven.” (lacht)

Wat is jouw grootste motivatie om te tennissen?
“Dankzij tennis kan ik een goed leven leiden. Ik weet waar ik vandaan kom. Ik leefde op straat in erbarmelijke situaties. Toen ik jong was, besefte ik dat allemaal niet, maar als ik nu naar Oekraïne terugkeer zie ik het immense verschil met België. Hoe goed je ook bent in iets, in Oekraïne kan je jezelf niet ontwikkelen. Nu ik dit leven leid, wil ik dankbaar zijn en het met beide handen vastpakken. Ik wil een goed leven voor mezelf én voor mijn ouders. Dat is eigenlijk mijn ultieme doel: iets teruggeven aan mijn ouders die altijd zo hard in mij zijn blijven geloven.”

[alert type=”info” title=”Hopiness”]Meer weten over de Belgische organisatie Hopiness? Surf naar hopiness.eu en like de Facebookpagina.[/alert]

Christophe Moons

Christophe Moons

Algemeen coördinator

Meer nieuws