Zizou Bergs (ATP-528) won zijn eerste ATP-wedstrijd op de European Open (België, ATP 250). De Limburger was erg tevreden na afloop, en hoopt dat deze zege een boost is voor de toekomst.
Bergs kreeg pas op het laatste nippertje een wildcard voor de hoofdtabel, nadat Ruben Bemelmans (ATP-221) positief testte. “Op training voelde ik al dat mijn niveau goed zat. Ik wist dat ik gefocust moest zijn en geen gekke dingen moest proberen. De afgelopen jaren verloor ik hier al twee keer in de tiebreak van de derde set in de kwalificaties. Die ervaring heeft me zeker geholpen vandaag”, vertelde Bergs.
“Vandaag heb ik echt met mijn hart gespeeld”
De Limburger voelde zich ook gesteund door het publiek: “Het was super om hier te kunnen spelen voor mijn vrienden, familie en fans. Ik hou ervan om uitbundig te zijn op de court en hun reacties te zien. De atmosfeer van de Davis Cup of ATP Cup, dat is mijn droom, daar leef ik voor. Vandaag heb ik echt met mijn hart gespeeld.”
In de volgende ronde volgt een confrontatie met derde reekshoofd Karen Khachanov (ATP-17), een duel waar Bergs naar uitkijkt: “Dat wordt opnieuw een enorme ervaring. Ik sta met vertrouwen te spelen nu en zal alles geven, ik hoop ook dat mijn fans me komen aanmoedigen donderdag.”
“Dit geeft me moed om terug te vechten”
De afgelopen jaren waren niet makkelijk voor Bergs, die in 2018 nog op de 386e plaats stond op de ranking. “Ik ben ook niet tevreden dat ik nu niet meer in de top 500 sta. Ik wil er echt voor gaan, ik werk hard, maar soms zit het niet mee. Dit is een gouden kans om opnieuw vertrouwen op te doen, de bal rolt nu eindelijk eens de goede kant uit. Maar met één zege hier ben ik nog niks. Ik zal opnieuw moeten knokken in Futures en Challengers, maar mijn niveau nu geeft me vertrouwen”, analyseerde de jonge tennisser.
De Limburger wordt nu opnieuw gecoacht door Bertrand Tinck, zijn trainer bij de junioren. Die testte echter onlangs positief op corona, dus is papa Koen Bergs deze week zijn coach: “We zijn twee handen op één buik, het is erg mooi om dit samen te kunnen beleven.”
